Werken in een voormalig fabrieksgebouw
Twee maanden vóór het vieren van ons 25 jarig bestaan staan we stil bij wat er zich in die bankenjaren heeft voorgedaan. We doen dat vanuit onze huidige werkplek, de Gruyter Fabriek in ’s-Hertogenbosch.
Een bijzondere plek waar tegenwoordig 200 bedrijven uit de creatieve sector gevestigd zijn. Rondwandelend over de gangen van het ene naar het andere gebouw of richting de opslag in de kelderruimtes zie en voel je de sfeer van vroeger samensmelten met de bedrijvigheid van nu en borrelen er vragen op over lang vervlogen tijden, mensen, hun ondernemersgeest én de duizenden werknemers die – ook toen – de productieruimtes dagelijks vulden of op kantoor hun arbeid verrichtten.

“Het gele monster”
Voormalig bedrijfspand
Wij werken sinds een jaar in een van die voormalige bedrijfspanden uit de dertiger jaren van de vorige eeuw. Dat is beslist bijzonder te noemen. In 1933 besloten de nieuwe directeuren van “stoomgrutterij” P. de Gruyter & Zn. , gevestigd in de binnenstad van ’s-Hertogenbosch ook een kantoorpand met fabriekshallen aan de Veemarktkade te bouwen. Vanwege de gunstige ligging aan spoor en water was deze plek ideaal. Hier werd de productie van jam, vermicelli en macaroni, soep, limonades, vruchtensappen, wijnen en likeuren, specerijen en conserven geconcentreerd, terwijl ook de biscuitbakkerij en de suikerwerken er onderdak vonden. Het voordeel van de hallen was, dat het productieproces in één ruimte kon plaatsvinden.
Na een aantal verhuizingen naar bedrijfspanden zónder productiehallen, zijn wij met DAVANT weer terug bij af. Oftewel we zitten, waar we horen te ZITTEN. In de Gruyter Fabriek. Aan het begin, bij de start van DAVANT hadden we namelijk ook al een kantoor gehuurd in het hoofdgebouw aan de Veemarktkade. Nadat we dit nog net van een schoonmaakronde hadden voorzien, koos Marco vrij snel daarna om toch zijn werkzaamheden vanuit een geschiktere locatie voort te zetten. Hoe wonderlijk is het dat we na een kwart eeuw ‘bankzaken’, weer terugkeren naar de plek die toen al als eerste, échte kantoorplek dienst zou gaan doen!
Op diverse afdelingen waren er in de Gruyter tijd veel mensen werkzaam. In 1957 waren alleen al in de productie-afdelingen bijna 1500 personen aan het werk, van wie ruim een derde vrouw was. Wie deze mensen waren en wat ze voor werkzaamheden hadden, staat in een aantal boeken beschreven. Wij kozen er een paar voor je uit en bedachten welke bank hen het beste zou passen, gelet op de ruimte en de aard van hun werkzaamheden. Lees dus snel verder.

Naaiatelier
Een van de vele dames binnen De Gruyter had de leiding over het atelier, waar allerlei voorkomende werkzaamheden gedaan werden, zoals het schoonmaken van oude verpakkingen, nieuwe dozen vouwen, maar ook grote balen waarin de koffie of thee was verpakt stofvrij maken, opvouwen en in bundels binden, zodat ze weer gebruikt konden worden.
Voor welke bank werkleidster Netty destijds had gekozen, was toendertijd geen sprake, maar op basis van haar verhaal uit het boek van Paul Kriele (De Gruyter’s snoepje van de week) hadden we via haar werkgever meteen contact met haar gelegd om stikwerkzaamheden voor onze banken te verrichten. Ongetwijfeld zou ze gecharmeerd zijn geweest van het duurzame verhaal van de Luna banken ♻️

Geschikt om lang te duren
Na 25 jaar als voedings- en voorleesbank Luna dienst te hebben gedaan, was het moment daar voor de introductie van bank Lucy op de KindVak in 2022. Het verhaal van de metamorfose van bank Luna in het lichtvoetiger model Lucy sloeg in als een bom. Alle bezoekers van onze stand waren bijzonder gecharmeerd van het feit dat de binnenkant van deze – door hen eind jaren 90/ begin 2000 – aangeschafte banken door ons konden worden getransformeerd in een nieuw model voorzien van eigentijds bekledingsmateriaal.
Netty, speciaal voor jou 💚

Maatwerk bezorgdienst
De Gruyter was met zijn bezorgdienst zijn tijd ver vooruit. De bezorgdienst, oorspronkelijk opgezet in 1926, begon met bestelauto’s. Eenmaal als Winkel Thuisorganisatie waren er achtereenvolgens de transportfietsen, de motorcarriers en bestelwagens in gebruik. Rond 1955 reden er al 35 vrachtwagens voor De Gruyter. In de topjaren had het bedrijf 120 chauffeurs en bijrijders in dienst.
Piet was een van de chauffeurs, ging dagelijks om vijf uur van huis en reed al om zes uur ’s morgens weg. In het begin reed hij bijna altijd met twee bijrijders. Een andere bezorger was (ook) Piet (genaamd) die eerst twee jaar in de winkel werkte, voordat hij op de fiets stapte. Eerst op een transportfiets en daarna met de bakfiets. Ook Piet reed een vaste route, voornamelijk in de buitengebieden van ’s-Hertogenbosch.

Transport op een tweewieler
Piet (bakfiets) had het geluk dat hij regelmatig binnen werd gevraagd voor het drinken van een kopje koffie op het adres waar hij de boodschappen bezorgde. Helaas voor hem liep de tijd dan door, dus hield hij het vaak kort, want de tijd liep door. Hoogstwaarschijnlijk was er tijdens deze korte pauze dan ook geen tijd om rustig te gaan zitten.
Om toch even te kunnen uitrusten op zijn route van Vlijmen naar Engelen en weer terug naar Den Bosch hadden we Piet een Hocker Robbie meegegeven die hij eenvoudig in de bak van zijn fiets had kunnen opbergen. En mocht de bak van zijn fiets te vol met boodschappen hebben gezeten, dan hadden we hem verteld dat hij ook een veel kleinere maat Robbie mee kon nemen. Vanzelfsprekend hadden we een diverse verzameling ronde poefjes voor hem achtergelaten en had Piet de voor hem geschikte maat op zijn route mee kunnen nemen. Voor de overige Robbies uit de verzameling had Piet vast een goede plek kunnen bedenken in een van de fabriekshallen.

Stilte op de inkoopafdeling
Een drukke, maar muisstille afdeling was de winkeladministratie. Gé begon bij de boncontrole. Zij stapte na een half jaar al over naar de winkeladministratie, een afdeling met allemaal meiden. Je mocht er onder het werk niet praten. Het was al heel wat als je zomers een glaasje “Ranja” kreeg. Gé en haar vrouwelijke collega’s fluisterden, want praten mocht niet. De werkdagen liepen van ’s morgens acht tot ’s avonds zes uur en op zaterdag stopten ze om één uur. Tussen de middag gingen de meesten naar huis, ook die uit Vught fietsten even op en neer.
Gezelligheid op de Treinbank
Gé en haar collega’s hadden we graag een comfortabele bank toegewezen, waarop ze heel even hadden kunnen plaatsnemen. De Treinbank zou een ontmoetingsplek zijn geweest waarop de meiden van de winkeladministratie even het eentonige werk hadden kunnen vergeten. In de pauze van tien uur, na het belletje van de hoofdjuffrouw, schoven de meisjes de stoelen bij elkaar en dronken een kopje koffie.
We hadden hen in hun grijze fabrieksschorten zittend op de Treinbanken graag bij elkaar op de foto gezet.


Luxe voor de klanten
Het grutterswinkeltje aan de Hooge Steenweg was in 1818 niet meer dan een kamertje. Er stonden open bakken met granen, zaden, kippen- en duivenvoer, erwten en meel. De losse artikelen werden verkocht in juten zakken.
Kort na 1900 zag de winkel er luxueus en ruim uit met een vernikkeld kasregister en kroonluchters. Achter de toonbank bedienden twee damens in witte schort de klanten, die de koloniale en grutterswaren bestelden. De artikelen werden op een weegschaaf afgewogen en daarna verpakt. Kleurrijke Jugenstil-wandvoorstellingen van het zaaien en oogsten van het graan gaven de winkel aan de Hooge Steenweg een modieuze sfeer. Deze tegeltableaus waren heel kenmerkend. Aan de buitenkant van de Bossche winkel was op een pui te lezen: P. De Gruijter & Zoon en verwijzingen naar de winkels in Utrecht en Amsterdam. De etalage was gevuld met de nieuwste specialiteit: koffie.
Als wachtbank voor de klanten die naar een De Gruyter winkel kwamen, hadden we hen graag een ADX Flex bank voorgesteld. De lange wachtrijen voor de winkel in combinatie met het persoonlijk contact met de klanten zorgden er voor dat mensen, zonder ongeduld misschien, op hun beurt moesten wachten. Bovendien hadden op die manier mooie gesprekken ontstaan tussen de klanten onderling over de ervaringen die ze hadden bij de Gruyter.
De ADX Flex hadden we als basisunit neergezet in een uitvoering zonder, met lage én een met hoge rugleuning en een exemplaar voorzien van een tafelblad waarop de klanten hun tassen hadden kunnen neerzetten tijdens het afrekenen. Ook had de de filiaalhouder er voor kunnen kiezen om de banken los in de winkel neer te zetten.

ADX Flex, basisunit 3, voorzien van Egger tafelblad